De schaduw wijst de weg en is trots
op ons..
Het is
13.33 op zondag 17 juni, de dag na de vorige dag. Na de laatste modder onder
mijn teennagels te hebben losgeweekt, begin ik met een enigszins melancholisch
gevoel aan het schrijven van deze laatste blog. De titel – het zal iets met
‘schaduw’ moeten zijn – weet ik nog niet, zal zich in de loop van deze middag
wel aandienen. We hebben de eindstreep bereikt en daarmee een streep gezet
onder een mooi voorjaar, die in het teken stond van de voorbereiding op de
marathon die we gisteren hebben gelopen. De weersomstandigheden waaronder we
vooral op de zaterdagen moesten opereren waren over het algemeen niet
denderend, maar het met elkaar ergens naar toe werken heeft veel sportief
plezier gegeven. Nog één keer dus: hoe verging het Anja, Marijke, William,
Jurjen, Alco, Alle en Koos tijdens de
Slachtemarathon. Het live-gedeelte zal voornamelijk gebaseerd op eigen
waarnemingen, omdat we elkaar redelijk snel uit het oog verloren. Tijdens de
bbq gisteravond heb ik echter voldoende input gekregen om ‘het plaatje’
compleet te krijgen.
Alle Sterk 4.03:03 |
Om vier
uur gaat mijn wekker, moet echt gewekt worden, teken dat de korte nachtrust
goed is geweest. Benen voelen goed, vrijdagmiddag nog even 20 minuten op de
loopband ingelopen, niets aan het toeval overgelaten. Buiten is het minder, het
regent, zoals voorspeld door Pyt. Maar die zorgt er voor dat hij altijd gelijk
heeft, het weer wordt ‘zus of zo’. Wind is belangrijker, even op teletekst
kijken, nog steeds ZW 5-7. In de goeie hoek dus, moet vandaag vooral zo
blijven. De mailbox heeft geen laatste berichten. Er is wat gemaild tussen de
groepsleden de laatste week, teken dat de nerveuze spanning bij iedereen
aanwezig is. Er is heel wat geschoven met de eigen verzorgingsposten, wie krijgt
waar zijn gelletjes, bananen, mueslirepen en wat als er een post wordt gemist.
Alleen Jurjen blijft er stoïcijns onder, hij neemt een paar repen mee en ziet
wel wat hij onderweg krijgt aangeboden. Riskant, maar het heeft bij hem goed
uitgepakt (3.44).
Jantien Hoekstra 3.42:55(5e Vsen) |
Voel
geen aandrang om naar het toilet te gaan, terwijl dit volgens een artikel van
Erik Negerman van buitengewoon belang is. Een plas ben je over het algemeen
vrij snel kwijt, maar de grote boodschap – het woord zegt het al – duurt langer
en is niet overal uit te voeren. Zijn advies, koffie, lauw water, chocola,
kunnen mijn lichaam niet tot de juiste boodschap brengen. Maar even niet druk
om maken, kan altijd in Raerd nog. Paar boterhammen met honing, stroop en jam,
een krentenbol moeten de voorraad koolhydraten aanvullen. Het eetschema voor de
laatste drie dagen dat we van William hebben gekregen – en hij weer van een
bevriende marathonloper – heeft er voor gezorgd dat ik een paar dagen met een
opgeblazen gevoel op bed ben gegaan. Als ik alles had gegeten wat er op het
lijstje stond, dan had ik de start niet eens gehaald. Gelukkig hadden anderen
hetzelfde gevoel. Overdaad schaadt, ook met eten. Volgende dilemma, welke
kleren aandoen? Temperatuur is 14 graden, korte broekenweer. Misschien toch nog
wat fris, lange er (tijdelijk) overheen, shirt met lange mouw en toch ook maar
één met korte. U ziet, twijfelen tot het laatste moment. Heuptasje om, zit ie
niet te strak, een noodvoorraadje voedsel erin en dan op weg naar het
verzamelpunt bij het secretariaatsadres.
Alco de Jong 3.55:19 |
De
eerste kilometers richting Boazum worden gebruikt om het tempo is balans met de
hartslag te brengen. Voldoende tijd en energie om bekenden te groeten. Zoals
gezegd, van Marijke zien we alleen nog de witte pet in de verte. Jurjen en Alle
zullen ook wel in de kopgroep zitten, alles volgens plan en schema. In
Easterwierum is op dit vroege uur ook al veel volk op de been om ons aan te
moedigen. Minzaam laten we alles over ons heenkomen. Vlak voor Boazum duiken we
het weiland in, fase Drek 1. Vergeleken met wat ons nog te wachten staat, is
dit gedeelte een geplaveide weg. Toch hier en daar wat uitglijders en gemopper.
Maar kom, het is nog vroeg en we zijn pas zeven km onderweg. Een paar
Hollanders voor me vertellen elkaar welke zware tochten ze al hebben gelopen,
vooral in het buitenland. Voordat we de spoorwegovergang hebben bereikt, steek
ik ze voorbij, later doen ze overigens hetzelfde bij mij. We komen nu op
verkend terrein, dat is voor het loopgevoel toch wel plezierig. We zitten op
het gedeelte van de route waar we de wind echt tegen hebben. Gelukkig is het
voor hem/haar ook zaterdag, reden om niet al te vroeg aan het werk te gaan. Op
een gegeven ogenblik wordt ik ingehaald door een dame met een oranje ballon
waarop 4.00 staat. Ligt een beetje in de buurt van mijn eigen streeftijd (wordt
4.13). Ben dus blijkbaar iets te snel van start gegaan. Via het kleine Lytsewierum komen we in Reahûs.
Van verre zien we het oranje hoedje van Linda. Hoe ze door alle wegafzettingen
bij dit punt heeft kunnen komen is een vraag die ons niet echt bezighoudt, de
versnaperingen zijn meer dan welkom. Ook hier is er al leven in de brouwerij,
maar je kunt echt merken dat alles festi- en activiteiten nog op gang moeten
komen en eigenlijk in het teken staan van de kuieraars die in de loop van de
dag voorbij zullen komen.
De trainers iere betiid op de route |
Tot aan
Wommels gebeurt er eigenlijk niet zoveel. Iedereen loopt wat verspreid, het
windje is schuin in de rug. De brug bij Kromsyl levert geen problemen op, is
wel wat glad door de regen. Karin en Arjen staan even verderop (19 km) op ons
te wachten. Wat we niet merken is dat ze zenuwachtig en gespannen zijn hoe we
het er vanaf zullen brengen na de door hen in elkaar gestoken voorbereidingstraject.
Ik geloof niet dat we hen hebben teleurgesteld. De rantsoenen worden aangevuld.
Even later de tijdwaarneming op 21,1 km, nog zo´n stuk flitst het door me heen.
Snel vergeten en doorgaan. Km 26, oh drama, ik zie William in de berm staan en
het is niet om te plassen. “Kramp”, roept hij me toe. Ik kan niets doen en moet
doorlopen, balen. Alle voorbereiding
voor niets geweest? Gelukkig niet, uiteindelijk weet hij de finish te
bereiken, waarover straks meer. Even verderop geklap en geroep, loopgroepvrienden
hebben zich in de bocht van de weg verzameld en schreeuwen ons vooruit. Erg
leuk deze warme ondersteuning. Marijke heeft nog de volgende anekdote, ik weet
niet of het op dit gedeelte was, maar dat doet er niet toe. Ze moest even in de
onderwal, op het moment dat ze weer met het hoofd boven het gras uitkomt, ziet
ze Alle lopen. Maar die is toch allang voorbij? “Boe”, roept ze. Alle reageert
nauwelijks en kan niet meer dan glimlachen, zit net even moeilijk. Beide
vervolgen hun weg.
Fase
Drek 2. Het zal misschien een kilometer of drie zijn, maar het lijkt wel of dit
stukje Slachtedyk, even voor Achlum, is omgetoverd voor het Nederlandse
kampioenschap moddervechten. Van lopen is nauwelijks sprake, één grote
glijpartij. Aan de kant een meisje dat me even tevoren voorbij was gelopen,
“die k.tblessure begint weer”. Het taalgebruik wordt er niet beter op, maar ik
leef met haar mee. Even verderop zie ik een aantal mensen aan de slootkant
staan -waar we lopen blijft toch een dijk - met vereende krachten wordt er een
medeloper uit de sloot getrokken.( Doet
me denken aan onze Hein, die kan ook van dit soort dingen uithalen als hij een
stuk wil afsnijden. ) Deze collega is echter gewoon uitgegleden. Of hij
gefinisht is weet ik niet. Het begint weer te regenen, gelukkig niet voor lang.
Eenmaal vaste grond onder voeten is de ontvangst in Achlum (29km) verwarmend.
Veel volk op de been, maar wat belangrijker is, twee verzorgingsposten.
Frederike en Gys geven ons de persoonlijke zaken, even verderop heeft de
organisatie drinken voor ons. Dat laatste is – zeker voor mij – gedurende de
hele loop, van wezenlijk belang. Buiten sterke drank was er de hele dag om de
vijf kilometer van alles te krijgen.
Het
stuk van Achlum naar Franeker is het saaiste stuk van de route, geen publiek,
geen muziek, alleen een fietser die iemand in het groepje voor me probeert aan
te moedigen, “je kunt het, ga door, nog een paar kilometer” en meer van dit
soort kreten. De aangesprokene reageert nauwelijks, zit er blijkbaar een beetje
doorheen. Zijn er meer, kom steeds meer mensen voorbij die zijn gaan wandelen.
Het slechtste wat je kunt doen, uit ervaring weten we dat je dan moeilijk weer
op gang komt. De brug bij Kiestersyl is nog even pittig, de geplande verzorging
is op het laatste moment verplaatst, de eigen reserves dus aangesproken. Jurjen
vertelt ´s avonds: “Bij Kiestersyl had ik een dip verwacht, vroeg me af
waardoor deze uit bleef. Ik denk dat het komt door de penicillinekuur die
ik moet volgen. Heb waarschijnlijk een
beet van een teek gehad, die er op de ic is uitgesneden”. Dit incident was ons
niet bekend. Uit de verdere omschrijving die Suzan ´s avonds doet, denk ik dat
het misschien ook het eerste geval kan zijn van een beet door de net in ons
land gesignaleerde vermiljoenkever. Wat het ook is geweest, penicilline komt
niet voor op de lijst van verboden dopingproducten.
Jan Piet Quare 3.27:55 |
Als we
bij Franeker de weg over moeten steken om via de Slachtetille naar de finish te
gaan, wacht ons een verrassing. Geert, die vanwege zijn prestatie in New York,
ons tot op het bot heeft gemotiveerd, rent de weg op, loopt een stukje mee en
stort zijn bemoedigingen over ons uit. “Jullie horen straks ook bij de club van
42”, is het laatste wat ik hoor. Meer motivatie heb ik niet nodig voor de
laatste kilometers. We komen in fase Drek 3, over het erf van landeigenaren die
alleen vanwege de Slachte hun terrein beschikbaar stellen. Als ik langs de
boerderij loop, zie ik ze beide onder het afdak van de schuur zitten. Nauwgezet
houden ze de boel in het oog. Ik meen de een tegen de ander te horen zeggen dat
dit de laatste keer is dat ze toestemming hebben gegeven. Al dat volk op het
hiem, drukte om niks. Het geeft alleen maar rotzooi. Laat de organisatie maar
een tunnel graven, als ze de brug
omkeren, hebben ze alvast een begin… U
merkt, mijn tempo is niet al te hoog meer. Van de brug zelf zou je hoogtevrees
krijgen, stapvoets naar boven en beneden. Ik zie Herman staan met een veger en
blik in zijn handen. Het eerste gebruikt hij niet, maar op het blik liggen
keurig naast elkaar onze ingeleverde wensen. Snel pak ik de afterburner, groet
Herman en wordt even later toegeyelld door nog een enthousiaste groep
loopvrienden, super!
Van ver
zie ik de finishboog bij Easterbierum, maar het lijkt of hij maar niet
dichterbij komt, wat kunnen drie kilometers lang zijn/duren. Onder de boog de
vriendelijke doch dringende mededeling om nog twee honderd meter door te lopen
tot de werkelijke eindstreep. Mijn broer springt met fototoestel op de weg, of
ik even stil wil blijven staan voor een kiekje. Mooi niet, handtekeningen na de
wedstrijd weet ik nog te roepen. De tocht is ten einde na 42,195 km. Anja en
William volgen even later. W krijgt na de finish een acute aanval van kramp die
niet wil overgaan. Hij belandt in een rolstoel die tot de assen in de drek
wordt getrokken door een hulpvaardige EHBO-ster. Het duurt even voordat hij
weer zelfstandig kan lopen, bij de bbq is hij weer het heertje. Even nazitten
en dan naar huis, douchen en rusten. Marijke gaat naar een kaatswedstrijd alsof
er niets is gebeurd. Je hebt mensen en je hebt supermensen.
In de
avondsessie, onder het genot van allerlei lekkers dat we ons de laatste tijd
hebben moeten ontzeggen, komen de wederwaardigheden op tafel. De nodige
dankwoorden aan trainers, begeleiders en supporters worden uitgesproken en
onderstreept met presentjes.
Het bleef nog lang gezellig bij William en Gerarda.
Nagekomen mailtje van
Alco: …… En ja.... de 60 van Texel is zeker iets om over na te denken, als ik
er aan denk en de berichten lees over deze loop dan beklemt mij al een speciaal
gevoel die ik ook had toen ik mij op gaf voor de Slachte. Dus de vraag aan
Arjen, heb je alvast een trainingsschema?????
Ga niet voor anderen
spreken, maar ik geloof dat ik mijn grens heb bereikt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten